Voor Iedereen die destijds in 2009 heeft genoten van Tim Willocks ‘De Orde’, zal
m.i. ook ‘de Twaalf Kinderen van Parijs weten te waarderen, niet in de laatste
plaats omdat Mattias Tannhauser de held uit ‘De Orde’ terug is. En hoe.
Tim Willocks – ‘De Twaalf Kinderen van Parijs’ – 2014
Geboren in de hel, gedoopt in bloed... De held uit De Orde is terug! Parijs, 23
augustus 1572. Wanneer Mattias Tannhauser op de vooravond van de
Bartholomeusnacht Parijs binnenrijdt ziet hij een stad die door opeenvolgende
godsdienstoorlogen is veranderd in een kolkende poel van haat, intrige en
corruptie. Hij is op zoek naar zijn vrouw Carla, die hoogzwanger is. Terwijl de
jacht op de Hugenoten begint, vervalt Parijs tot anarchie en wordt Carla
ontvoerd door bendeleider Grymonde. Tannhauser baant zich als een bezetene een
weg door de stad, waarbij hij niets en niemand op zijn weg duldt. Wanneer hij
gevangen wordt gezet in het Louvre, vormt hij het middelpunt van een
samenzwering. Nu heeft hij én de wet, én een gilde moordenaars én een militant
leger dat zichzelf `de pelgrims van St.- Jacques noemt, op zijn nek. Tannhauser
zal zijn gevecht met ongekende krachten moeten voeren. Geholpen door een
stalknecht ontsnapt hij en moet hij alles op alles zetten om zijn doel te
bereiken.
‘In de goot onder de ramen lag het bebloede lichaam van een oude man in een
nachthemd. Een adellijke heer trapte het lijk in het gezicht. Een tweede volgde
zijn voorbeeld. Tannhauser zag wie de oude man was. Een derde opschepper, die
zich niet onbetuigd wilde laten, ontblootte zijn lid en urineerde over de
stoffelijke resten van Gaspard de Coligny. De Coligny was hierheen gekomen om
een oorlog uit te lokken en had als een dwaas zijn einde gevonden. Maar hij was
een vermaard militair geweest, en Tannhauser was niet gecharmeerd van dit
schouwspel. Hij stapte naar het drietal toe, greep een korte uit een rot tegen
de muur en sloeg de pisser met het met ijzer beslagen uiteinde op zijn hoofd. De
man viel neer voor de voeten van zijn kameraden, die hun gelach abrupt staakten,
en bleef verdoofd en nog steeds urinerend liggen. Tannhauser keek de andere twee
aan. Ze wendden hun hoofd af.’
Zie ook
http://www.timwillocks.com/
|
|