Beldaran's Leestips
Beldaran geeft op
Ezzulia
en Pure
Fantasy wekelijks een leestip.
- Beldaran [20-07-2012]
Voor vandaag koos ik de jongste roman van Dean Koontz, en hoewel niet al zijn
boeken in het Nederlands zijn vertaald, zijn diegene die wel vertaald zijn, en
dat zijn er velen, stuk voor stuk, prima leeservaringen.
'De Vloek' - Dean Koontz
- 2012
Ik ben het Al en Een en het Enige. Ik ben te vinden in het Pendleton, zoals ik
overal te vinden ben. Ik ben het verleden en de bestemming van het Pendleton.
Het gebouw is de plek waar ik ontstaan ben, mijn monument, mijn
executieplaats...
Boven op Shadow Hill staat het Pendleton, een luxe residentie, in de negentiende
eeuw gebouwd in opdracht van een welvarend zakenman. In het verleden lijken de
bewoners er krankzinnig te zijn geworden, zichzelf van het leven te hebben
beroofd of bloedbaden te hebben aangericht. Nu er een appartementencomplex van
is gemaakt, lijkt het in het Pendleton rustig te blijven. De bewoners zijn zich
niet bewust van de vloek uit het duistere verleden... Welkom in de wereld van
het Pendleton: een luxe residentie in een negentiende-eeuws landhuis, dat
opgedeeld is in 25 appartementen. Het landhuis is gelegen op een heuvel met
uniek uitzicht over de stad. Een rustige woonomgeving, tot de stemmen komen en
mysterieuze schaduwen opduiken... Een jongen ziet een denkbeeldige
speelkameraad, die angstaanjagend echt blijkt te zijn... Een duistere figuur
duikt ’s nachts op in de tuin en toont wel heel veel interesse in één van de
bewoners... Is het waan of realiteit?
‘Earl Blandon, een gewezen Amerikaanse senator, kwam die donderdagnacht om kwart
over twee thuis, verbitterd en beschonken, met een pas gezette tatoeage: een
aanstootgevende frase van twee woorden, in blauwe blokletters op de kootjes van
zijn rechtermiddelvinger gegraveerd. Eerder die avond was hij in een cocktailbar
geweest en had hij zijn middelvinger opgestoken naar iemand die geen Engels
sprak, een man die in de stad op bezoek was en uit een of ander derdewereldgat
kwam, waar men de betekenis van dat beledigde gebaar blijkbaar niet kende,
ondanks de talloze Hollywoodfilms waarin evenzoveel filmsterren dat gebaar
hadden gemaakt. De onwetende buitenlander leek de opgestoken middelvinger te
interpreteren als een vriendelijke groet, en hij had dan ook gereageerd door
herhaaldelijk en glimlachend te knikken. Daar was Earl zo gefrustreerd van
geraakt dat hij naar de eerste de beste tattooshop was gegaan, waar hij het
advies van de naaldkunstenaar in de wind had geslagen en met zijn achtenvijftig
jaar zijn eerste lichaamsdecoratie had laten zetten. Toen Earl de hoofdingang
van het exclusieve Pendelton betrad, werd hij in de hal begroet door de
nachtportier, Norman Fixxer. Norman zat op een krukje achter de balie, met een
opengeslagen boek voor zich, en keek met zijn grote, blauwe, glazige ogen en
zijn geprononceerde gelaatstrekken op een buikspreekpop. Op merkwaardige wijze
hield hij zijn hoofd schuin, als een marionet. In zijn zwarte maatpak en zijn
smetteloos witte overhemd, met een zwart vlinderdasje en een zorgvuldig
gearrangeerd wit pochetje, was Norman enigszins overdressed, zeker in
vergelijking met zijn twee colleg’s, die op andere tijden de receptie bemanden.
Earl Blandon had iets tegen Norman. Hij vertrouwde hem niet.’
Zie ook
http://www.deankoontz.com/
|
|
|