Homepage: Nieuws: Beldaran's Leestips

 

Beldaran's Leestips

Beldaran geeft op Ezzulia en Pure Fantasy wekelijks een leestip.

- Beldaran [10-07-2008]

Voor vandaag, met dank aan de uitgever Kramat, het tweede deel, ( met een wel zeer geslaagde achterflap!) uit de serie ‘Zeríans Vloek’ die eerder bij het verschijnen van het eerste deel ‘Wortelboom’ zie http://www.ezzulia.nl/forum/viewtopic.php?p=229451#229451 aangekondigd werd als trilogie, nu lijkt het erop dat het minstens een tetralogie wordt. Erg? Zeker niet, als de auteur de hoge kwaliteit van de eerste twee delen weet vast te houden.

Muziekwevers’ – Thirza Meta - 2009

De wereld verandert, maar niet op de verwachte manier. De chronologie die de grote machten van het evenwicht steevast konden vertrouwen, volgt een geheel eigen weg die niemand voorzien heeft. Of wel? Hebben de Muziekwevers in het verre Oosten vermoedens, visioenen die een tipje van de eigenaardige sluier kunnen oplichten? Vervullen luitenant Thraës, verraadster Sayath, bakkerszoon Ortiq en het meisje Razneí cruciale rollen op weg naar dat nieuwe evenwicht? Zware slagen zijn immers toegebracht aan het broze evenwicht tussen Duisternis en Licht. Ashimael is dodelijk getroffen, de Tempel van Margel vernietigd en een heuse genocide heeft de Kroonstad van Almarind gedecimeerd. Het Zeewoud blijft evenmin gespaard: één stam heeft zich tegen alle andere gekeerd. Rhyss de WaterHeer verdwijnt spoorloos; zijn Staf is bezoedeld met khalard, de veile magie van de Nacht. Kahsun’Lyr, Vrouwe van Margel sterft een pijnlijke dood. De Bron van Macht die zij beschermde, is gedoofd waardoor de Vuurmagie langzaam maar zeker dooft. Gevangen in hun respectievelijke Witte en Zwarte Wortelboom kunnen Alvitiria en Vai’Sayan fysiek niets ondernemen, maar hun vazallen zijn aardig in de weer om de loop der gebeurtenissen om te buigen in hun eigen voordeel. De Discipelen van Vai’Sayan vechten om elkaar voor te zijn terwijl de Lotsverbondenen van Alvitiria wanhopig trachten elkaar terug te vinden. Intussen schijnt boven hen een roestige maansikkel, die een oude profetie inluidt…

‘Shin’Kahdir verliet de hut. De andere kinderen keken hem na. Hij kon hun nieuwsgierig glanzende oogjes in zijn rug voelen prikken terwijl hij voortliep. Hij voelde zich langer dan anders, alsof zijn lichaam op korte tijd veel gegroeid was, maar wanneer hij naar zijn voeten en handen keek, leek er niets veranderd. Behalve dan dat zijn huid gloeide rond de polsen en onderarmen. Het gaf hem een waanzinnig gevoel van macht. Diep vanbinnen had hij op dit moment gewacht. De roep die hem al enige tijd achtervolgde, had hij op een of andere manier weten te beantwoorden. Dit was de erkenning. Hij moest er gevolg aan geven.
Hij gluurde omhoog, naar de roodgloeiende maan en stak in een opwelling van baldadigheid zijn tong uit. De Maanhoedster kon hem wat op dit moment. Met vastberaden tred stapte hij naar het waterbekken waar de Dromenlezers telkens de gewone rituelen uitvoerden. Eigenlijk was hij liever naar het grote bekken gegaan, waar de Maanhoedster geconsulteerd werd, maar dat was verboden terrein en bovendien groot geheim. Alleen de volwassenen wisten waar het zich bevond. Pas wanneer een kind was ingewijd, beschikte het over het recht deze consulten bij te wonen. Shin’Kahdir vond het grote onzin. Wat kon er nou zo anders zijn aan dat ene waterbekken? Water was water. Bij het rituele bekken aangekomen bleef Shin’Kahdir staan. Gedurende enige tijd bewoog hij zich niet. De wind fluisterde, de lucht was roodpaars gekleurd; de schemering liep teneinde. Boven zich zag hij hoe de maan omfloerst was door gouden schakeringen. Dat was vreemd. Hij kon zich niet herinneren iets dergelijks ooit gezien te hebben. Of toch, had het er niet zo uitgezien toen in zijn droom, die de Dromenlezers geduid hadden als een teken dat hij beschermd was door de maan? Het leek al zo lang geleden, maar in die droom hadden maan en zon elkaar omhelsd, als geliefden. Zoals Sefthi deed bij haar man. Shin’Kahdir trok een bedachtzame wenkbrauw op. Hij richtte zijn aandacht op de waterspiegel. Langzaam boog hij voorover en tuurde naar zichzelf. Een ernstig gezicht, ovaal, olijfgroene huid, rode haren. Maar er was iets anders. Iets in zijn blik, wat maakte dat hij zichzelf niet herkende. Geschrokken deinsde hij achteruit. De tatoeages kriebelden op zijn huid en het kostte hem veel moeite om er niet aan te krabben. Het beeld in het water veranderde; flarden van een wit hemd wapperden om zijn armen, zijn gezicht en borst zaten onder de snijwonden en brandblaren, om hem heen flitste bliksem in verschillende kleuren. Shin’Kahdir voelde zich aangetrokken tot dat beeld. Dit was meer dan herkenning. Was hij dit zelf? Diep binnenin roerde zich iets. De blijdschap om de tatoeages verdween, naarmate de herinnering aan de poort van vuur en de beelden van zijn meditatie intenser werden. En die andere essentie in zijn ziel bewoog, strekte zijn klauwen uit en hulde de kleine jongen die Shin’Kahdir was in een mist van verwarring.’
‘Shin’Kahdir…’ fluisterde een stem. Hij slikte. Hij zag zichzelf praten in het water. De waterjongen strekte zijn arm, bijna smekend. Zijn vingers dropen van het bloed. ‘Help me!’

Zie ook http://www.thirza-meta.be/



 

Muziekwevers / Thirza Meta

 

 

 

De Boekenplank : voor de liefhebber van het spannende boek
Nieuws  Naslag  TeKoop  Contact  Zoeken
Verantwoording  in English  FAQ