Voor vandaag een recent verschenen debuut behorende tot de Fantasy voor jong volwassenen. Het is een verhaal met volop actie, herkenbare personages en het draait om een jonge vrouw op zoek naar haar plaats in de wereld.

‘De Gave van Katsa’ – Kristin Cashore

Katsa is sinds haar achtste in staat om een volwassen man met haar blote handen te doden – ze is een Begaafde, een van de weinige mensen die geboren zijn met een bijzondere gave. Dat iemand een gave heeft, openbaart zich op zijn of haar twaalfde, als de Begaafde twee verschillende kleuren ogen krijgt. Als nichtje van de koning zou Katsa normaal gesproken een leven vol luxe en privileges leiden, maar net als de andere Begaafden is ze verplicht haar gave in dienst van de koning te stellen. Voor hem moet ze het vuile werk opknappen: afrekenen met zijn vijanden of ongehoorzame burgers. Inmiddels is ze achttien en kan ze zich geen ander leven voorstellen. Maar alles wordt toch anders. Katsa had nooit verwacht dat ze verliefd zou worden op de knappe prins Po. Ze had nooit verwacht de ware aard van haar gave te ontdekken, of het verschrikkelijke geheim dat ver weg verborgen is… Een geheim dat alle zeven koninkrijken kan vernietigen.

‘Er heerste volmaakte duisternis in deze kerkers, maar Katsa had een kaart in haar hoofd. Een kaart die tot dusverre juist was gebleken, zoals dat eigenlijk altijd het geval was met Olls kaarten. Ze liet haar hand langs de kille muren gaan en telde de deuren en gangen die ze passeerde. Toen het zover was sloeg ze af, en uiteindelijk bleef ze staan voor een opening waar een trap naar beneden zou leiden. Ze liet zich op haar hurken zakken, bewoog tastend met haar handen en voelde inderdaad een stenen trede, vochtig, glibberig, begroeid met mos, en daaronder weer een. Dit moest de trap zijn waarover Oll het had gehad. Giddon en hij zouden haar volgen, gewapend met fakkels, en ze hoopte vurig dat ze voorzichtig waren en het slijmerige mos zouden zien, zodat ze geen hels kabaal maakten door voorover van de trap te vallen. Tree voor tree sloop ze naar beneden. Aan de voet van de trap sloeg ze links af, twee keer rechts, tot ze ten slotte in de verte stemmen hoorde bij het betreden van een gang waar het grillige oranje licht van een fakkel aan de muur de duisternis naar de achtergrond drong. Tegenover de fakkel lag weer een gang. Voor een cel helemaal aan het eind daarvan zouden volgens Oll bewakers staan – misschien twee, maar het konden er ook tien zijn. Deze bewakers waren de reden dat Katsa vooruit was gestuurd. Het was haar taak om met hen af te rekenen.’

Zie ook http://kristincashore.blogspot.com/