Voor vandaag het tweede dwergenboek. Naast de nodige gewapende conflicten, staat
het verhaal bol van de emoties, waaronder de liefde een belangrijke plaats
inneemt. Ondanks dat het leest als een zelfstandig verhaal kunnen we uitkijken
naar het in april �08 te verschijnen voorlopig laatste dwergenboek �De Wraak van
de Dwergen�
�De Strijd van de Dwergen� �
Markus Heitz � 2007
In het Veilige Land heerst een feeststemming. Maar terwijl de dwerg Tungdil met
zijn vrienden de overwinning viert op de verraderlijke magus N�d�nn, marcheert
een reusachtig leger orcs met woest geweld door het Vredige Land, met geen
andere bedoeling dan het herrezen dwergenrijk van de Vijfden onder de voet te
lopen. Algauw moeten Tungdil en zijn getrouwen alle moed, list en dapperheid
waarover zij beschikken aanspreken om de gruwelijke invallers een halt toe te
roepen. Wat zij echter tot hun schrik ontdekken is dat de orcs intussen door het
mysterieuze Zwarte Water vrijwel onsterfelijk zijn geworden. Tot overmaat van
ramp dient een nog grotere dreiging zich aan � tien manifestaties van een
gevallen god verzamelen zich onder leiding van hun heer bij de westgrenzen van
het rijk. En ook de alfen, de zwarte elfen, willen wraak nemen op Tingdil en
zijn strijdmakkers. Maar een dwerg geeft nooit op, zelfs niet nu de overmacht
onoverwinnelijk groot lijkt, en al helemaal niet als hij Tungdil heet.
�De sneeuwvlokken wervelden wild in het rond. Als dronken dansers dwarrelden ze
uit de hemel omlaag in de richting van het Rode Gebergte. Op de grillen van de
wind verspreidden ze zich over de hellingen, waar ze als een groot ijzig geheel
de rotsen als met een wit laken bedekten. De wolken schudden reeds vele
zonneomlopen lang hun last uit. De massa die zich op de helling opgehoopt had,
was genoeg om tien dwergen die op elkaar schouders stonden te bedekken. Bo�ndal
Piekhand uit de clan der Bijlzwaaiers van de stam de Tweden, Bero�n, stond op de
op een na hoogste van de negen torens en keek naar het oosten; een dikke laag
pelzen over zijn mali�nkolder beschermde hem tegen de vrieskou. Voor hem strekte
zich Oost-IJzerwacht uit, de vesting van de nakomelingen van Borengar, de eerste
dwergensmid. Als geweldige kasten leunden de dubbele muren tegen de wand van het
gebergte. Acht van de negen imposante torens maakten deel uit van de vestingmuur
en stonden op duizelingwekkende hoogte door extra loopbruggen met elkaar in
verbinding. �
Zie ook
http://www.mahet.de/ulldart/
|
|