Voor vandaag zoals beloofd een Fantasy debuut van Nederlandse bodem, het is een
spannend en vlot geschreven verhaal, zonder de standaard elementen, maar wel met
boeiende karakters en een hoog gehalte aan drama, in de traditie van Wim Gijsen.
�Profeet van de Duivel� � Ad van Tiggelen � 2006
Marak groeit op in een land waar godsdiensten buitengewoon veel invloed hebben.
Talentvolle jongeren staan er te dringen om een opleiding tot geestelijk te
kunnen volgen. Priester en monniken zijn namelijk in staat de energie van hun
godheid te kanaliseren en als een soort magie aan te wenden voor hun doeleinden.
De Verboden cultus van de duivelse halfgod Cataris gebruikt deze magische
vermogens op bloederige wijze, strevend naar dominantie. In een periode dat het
land steeds meer verscheurd wordt door een godsdienstoorlog ontdekt de jonge
Marak zijn grote gave tot kanaliseren. Maar hij is gebrandmerkt door zijn
afkomst; hij was ooit aspirant-priester van Cataris. Zoekend naar zijn
identiteit wordt hij ongewild een pion van de machtige leider van de cultus,
Zabatha, die ook wel de profeet wordt genoemd. Uiteindelijk rest Marak geen
andere mogelijkheid dan de confrontatie op te zoeken. De Confrontatie met de
profeet, maar vooral met zichzelf.
�Met onvermoede kracht sloeg hij de staf van Cas weg. Hij haalde weer uit. Het
leek wel of zijn staf net zo roodgloeiend was als zijn verhitte geest. Hij
raakte zijn opponent op diens schouder. De roodharige gilde het uit en viel op
de grond. Daar bleef hij liggen, huilend van de pijn. De andere novieten
stroomden toe, verbaasd over het gedrag van Cas, die toch niet als kleinzielig
bekend stond. Dat veranderde toen Cas zijn hand van zijn bezeerde schouder
haalde. Een lelijke, felrode brandwond liep in een streep over zijn schouder.
Kreten van verbazing en verontwaardiging vulden de grot. Alle ogen richtten zich
op Marak. Die voelde alsof alle kracht uit zijn lichaam was gevloeid. Hij keek
wezenloos naar zijn slachtoffer en gooide zijn staf in afschuw op de vloer. Bij
het raken van de rotsvloer brak de staf in twee�n. Het bovenste stuk
desintegreerde in een laag grijze as. Niet alleen zijn geest, maar ook zijn staf
had letterlijk in vuur en vlam gestaan.�
|
|