Homepage: Nieuws: Beldaran's Leestips

 

Beldaran's Leestips

Beldaran geeft op Ezzulia en Pure Fantasy wekelijks een leestip.

- Beldaran [10-06-2011]

De voor deze week uitgekozen tip is een debuut, van een dusdanige kwaliteit dat ik hoop nog vaker van deze schrijver te mogen lezen. Het verhaal is uiteraard spannend, en met de nodige hoofdstukken met klifhangers, goede verhaalwendingen en een superieure ontknoping. Neergezette. De personages, zijn zowel de “helden” als de slechteriken met verborgen agenda’s, overtuigend.

Zwarte Regen’ – Graham Brown - 2011

Danielle Laidlaw, onderzoekster bij het National Research Institute, krijgt de leiding over een team dat diep in het Amazonegebied moet doordringen. Onder bescherming van de vroegere cia-agent Hawke en zijn huurlingen krijgt de expeditie tot doel een Mayastad te vinden die alleen in de legendes voorkomt. Wat Danielle niet weet, is dat zij niet de eerste is die deze opdracht krijgt. Enkele weken daarvoor is het oorspronkelijke team dat erop uit was gestuurd spoorloos verdwenen. Danielle heeft ook niet te horen gekregen dat het object dat zij zoeken niet zomaar een kunstschat is, maar de sleutel tot een wetenschappelijke doorbraak die de wereld op zijn kop zal zetten. In de ondoordringbare jungle van het Amazonegebied komen de expeditieleden in een nachtmerrie terecht. Opgejaagd door een mysterieuze indianenstam en onder de continue dreiging van een onzichtbare vijand die een spoor van toegetakelde lichamen achterlaat, gaat de roep wanhopig op zoek naar de waarheid achter een dodelijke legende. En naar het ijzingwekkende geheim dat verborgen ligt onder de oude Mayaruďnes.

‘We moeten hier weg,’ zei McCrea. ‘Rustig maar,’ zei Dixon, terwijl hij naar de sporen bleef kijken. ‘Man, snap je het dan niet? Het gaat gewoon wéér gebeuren.’ ‘Hou je bek!’ Dixon probeerde zich te concentreren. Als ze wegrenden zouden ze worden gedood, maar blijven… Er was iets helemaal verkeerd aan deze plek, iets wat hij zich pas gerealiseerd had toen het te laat was. Zij waren hier niet de jagers, maar de prooi. Van ergens voor zich hoorde Dixon een beweging, zo zacht als het geritsel van een uilenvleugel, maar dan vlak boven de grond. Hij legde het geweer tegen zijn schouder. ‘Dixon,’ smeekte McCrea. Het geluid kwam steeds sneller naar hen toe; het racete vederlicht door het bos. ‘Dixon, alsjeblieft!’ Dixon stond op, bereidde zich voor op een schot, maar het geluid schoot links langs hem heen. Hij draaide zich vliegensvlug om en haalde de trekker over op het moment dat er een donkere vlek tussen de bomen explodeerde. McCrea schreeuwde. Een geweerschot denderde door het bos en druppels rode mist verspreidden zich over de bladeren. Maar er was niets om op te schieten: geen doel, geen vijand, geen McCrea. Alleen laaghangende bladeren die heen en weer wiegden door het schot en glansden van het menselijke bloed. Dixon staarde naar het bloed dat van de bladeren af druppelde. ‘McCrea!’ riep hij. Hij luisterde of hij iemand hoorde vechten, maar ving niets op. McCrea was verdwenen, dood en verdwenen, net als de anderen. Alleen was het deze keer recht onder zijn neus gebeurd. Dixon liep achteruit. Hij was niet gauw bang, maar nu begon zijn hart te bonken en kreeg hij de ongecontroleerde aanvechting om te vluchten. Hij keek van de ene naar de andere kant. Hij bewoog voorzichtig, eerst met rustige, afgemeten passen. Maar hij merkte al snel dat hij vlugger ging lopen. Zijn hart bonkte en hij kon niet goed meer nadenken. En toen ook de schrille kreten weer door het bos galmden, begon hij zo hard te rennen als hij maar kon. Als een dolle stier stormde Dixon in paniek door het struikgewas naar voren en struikelde toen er ranken tussen zijn benen verstrengeld raakten. Bij een onverwachte beweging draaide hij zich razendsnel om, keek van de ene naar de andere kant, slaakte een boze kreet en schoot vervolgens in de bomen. ‘Donder op!’ brulde hij. Terwijl hij rende hoorde hij bewegingen, brekende takken en inlandse stemmen die hem opjoegen en insloten. Hij struikelde weer, belandde op handen en knieën, en kwam omhoog om te schieten. De schacht van een donkere schaduw raakte hem, waardoor hij door de lucht vloog. Daarbij zag hij in een flits zijn belager voordat die in het bos verdween. Acht mannen dood, en dit was de eerste keer dat hij hun moordenaar even had gezien. Zijn huid leek op een glimmend zwart bot. Met een harde smak landde hij op de grond, maar het lukte hem zijn geweer vast te houden. Hij voelde een pijnscheut in zijn been. Hij haalde hortend adem en krimpend van de pijn rolde hij om en dwong hij zichzelf te kijken. De botten van een van zijn onderbenen waren gebroken, het scheenbeen stak door zijn huid. Rennen was geen optie meer. Waarschijnlijk kon hij niet eens meer lopen. Doodsbang kwam hij omhoog en tijgerde met zijn goede been achteruit, tot hij tegen de stam van een grote grijze boomstronk botste. Met trillende handen controleerde hij zijn geweer, legde het in de kromming van een arm en bereidde zich voor op het onvermijdelijke en pijnlijke einde.’

Zie ook http://www.authorgrahambrown.com/
 

Zwarte regen / Graham Brown

 

 

 

De Boekenplank : voor de liefhebber van het spannende boek
Nieuws  Naslag  TeKoop  Contact  Zoeken
Verantwoording  in English  FAQ